In 1974 finishten Jean-Pierre Nicolas en Christian Delferier vierde in de 2 x 12 uren van Ieper. Het leek wel een Alpine-feest dat jaar, want maar liefst vier A110’s eindigden in de Top 5. Helaas voor Alpine was er een pretbederver in de persoon van Gilbert Staepelaere, die won met zijn Ford Escort RS 1600. In zijn Belgische collectie brengt de Portugese modelautofabrikant Trofeu de Alpine A110 van de Frans-Belgische equipe uit. Masta brengt het verhaal achter deze auto.
“Frans Thévelin had ons uitgenodigd en was bereid om alle kosten voor onze deelname te betalen”, begint Christian Delferier het verhaal. “Alleen paste de rally niet in het rigoureuze schema dat Jacques Cheinisse, de teammanager van Alpine, hanteerde. Daarom kwamen we met de trainingsauto van Jean-Pierre naar Ieper, zonder serviceploeg en met slechts twee reservebanden in de auto. Die hebben we tijdens de rally kunnen meegeven met de assistentieploeg van een andere Alpine-rijder. Maar verder moesten we alles zelf beredderen. Zoals tanken aan een benzinestation. Gelukkig was Bang & Olufsen met enkele duizenden franken over de brug gekomen. Zodat we toch nog iets aan onze uitstap verdienden.”
De last-minute sponsoring verklaart waarom de stickers van Bang & Olufsen als het ware van ver op de auto gegooid leken, pardoes over de striping van de fabrieks-Alpines.
Staepelaere-‘Jimmy’ wonnen zoals eerder gezegd de 2×12 uren van Ieper voor de Alpine A110 1600 van ‘Pedro’-Symens. De derde plaats was voor Serge Laurent, gevolgd door de equipe Nicolas-Delferier en Maurice Nusbaumer, die allen in een A110 1800 reden.